De dag van gisteren had een avond om niet snel te vergeten. We hadden al eens opgevangen dat het voorprogramma (P. Watson) waarschijnlijk beter ging zijn dan de band waarvoor we eigenlijk kwamen en, zoals u verder zult lezen, konden wij dit alleen maar bevestigen.
De stem van Mr. Watson vonden we uitzonderlijk sterk, het had iets weg van Chris Martin, maar dan nóg beter. Het deed ons zelfs denken aan Devendra Branhart, zeker als je zijn prettige gestoordheid erbij neemt. Op het einde zong Patrick zelf een nummer a capella en zonder micro, doch heel de zaal kon gevuld worden door zijn fenomenale stem.
De band bracht ook veel originele en speciale elementen samen. Voor hangestuurde elektronica zijn wij altijd wel te vinden. Ze maakten veel gebruik van live-opnames (oa. van het publiek) die ze dan direct als samples gebruikten.
De drummer was een waarvoor we enkel bewondering kunnen hebben. Zeer eenvoudige maar uiterst originele ritmes, duidelijk geen typische conservatoriumstudent die alles letterlijk volgend het boekje speelt. Deed ons af en toe denken aan de drummer van the Raconteurs.
Opmerkelijk was dat de band occasioneel psychedelische noise-uitbarstingen vertoonde waarbij onze vriend Watson zelfs zijn piano aan diggelen sloeg.
____________________________________________________________________
In feite kunnen we hier niet spreken van een slecht optreden, de nummers die we wilden horen hebben ze vrij goed gebracht. Maar er was gewoon iets dat ontbrak, de feeling die we ervaarden bij Patrick Watson was hier duidelijk ver te zoeken. Deze band wordt vaak vergeleken met The Arcade Fire of Bloc Party, desalniettemin wensen wij ons hier enigszins van te distantiëren. Misschien dat ze binnen een paar jaar wel over de nodige maturiteit zullen beschikken zodat ze live even goed kunnen klinken als op hun platen.
-Cold war kids-Hang me up to dry-