11 december 2007

Favoriete ontdekkingen 2007

Het jaar nadert stilaan haar einde, dus zal u binnenkort opnieuw met een resem eindejaarslijstjes om de oren worden geslaan. Wij kunnen natuurlijk niet achterblijven - daarom zorgen we dat we anderen voor zijn. Tom en Rein selecteren elk vijf bands die ons voor het eerst ter ore kwamen in 2007 en ons bij zullen blijven. Vandaag start Rein met zijn lijstje.

1. Kammerflimmer Kollektief
Tegenwoordig lopen we nogal wild van Kammerflimmer Kollektief. Ze brengen ambient met stevige wortels binnen de jazz. De free-jazz improvisaties van de saxofoon komen perfect tot hun recht binnen de sfeer die het Kollektief creëert. Eén van de beste vermengingen van jazz en elektronische muziek die we ooit hoorden.
Homepage - Last.fm - MySpace

2. The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble
Ze passeerden al eerder de revue, maar we konden het niet laten om The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble nog eens te vermelden. Donkere jazz met een vleugje ambient en een snuifje post-rock. Een recept volledig naar onze smaak gemaakt! Ondanks de rust steekt de muziek boordevol ideeën.
Homepage - Last.fm - MySpace

3. Murcof
Waarschijnlijk moet u van dit genre houden om Murcof te kunnen appreciëren. Wij omarmen de muziek van Fernando Corona alvast met onze beide armen. Minimalistische electronica en klassieke muziek versmelten tot één indrukwekkend geluid. Laat u echter vooral betoveren door het samenspel tussen stilte en geluid. In februari samen met Machinefabriek te bewonderen op het Artefact Festival in het Stuk in Leuven.
Homepage - Last.fm - MySpace


4. Xela
Xela brengt electronica die balanceert tussen post-rock en experimentele muziek. John Twells, het brein achter Xela, bracht ondertussen reeds 3 cd's uit. Hiervan onthouden we vooral 'The Dead Sea', een conceptalbum over zombies die de zee over willen steken en daarom een schip attackeren. Muziek die voor zichzelf spreekt en klinkt alsof ze geschreven is als soundtrack voor een film.
Homepage - Last.fm


5. Na enig twijfelen viel de keuze niet op Patrick Watson (we zinderen nog steeds na van hun subliem concert in het Depot), maar opteerden we voor Two Gallants. Aanstekelijke folk uit San Fransisco, die wel eens durft over te slaan in sterke rock en ons met momenten stiekem doet dromen van een Irish Pub. Dit jaar brachten ze hun derde, titelloze album uit. Hier leest u meer..

Homepage - Last.fm - MySpace

3 december 2007

Fennesz & Charles Atlas

BudaFest, een jaarlijks internationaal kunstenfestival, heeft opnieuw haar intrek genomen in Kortrijk. Met 13 dagen vol muziek, dans, performance en meer moois mikken de organisatoren op een breed publiek. Want zoals de slogan luidt: BudaFest, een festival van hier en U.

Wij hadden ons oog laten vallen op de performance van Fennesz en Charles Atlas. Het werd een kruisbestuiving van elektronische muziek en visueel spektakel, door twee artiesten die internationaal hoog aangeschreven staan binnen hun eigen discipline. Ze voldeden perfect aan onze hooggespannen verwachtingen.


Zoals we van hem gewoon zijn maakte Fennesz een grondlaag rustigere, experimentele elektronica waarboven hij elektrische gitaar speelde. Verwacht geen catchy popdeuntjes, Fennesz slaagde er op een andere manier in tot ons door te dringen. De digitale technieken die hij gebruikte zorgden voor een unieke luisterervaring. Daarvan onthouden we vooral de granulaire synthese; het opsplitsen van samples in kleine stukken die op elkaar worden gestapeld. De melodieën waren subtiel verwerkt, maar dreven boven doorheen de verschillende lagen.

Van Charles Atlas kenden we eerlijk gezegd enkel van zijn werk voor Anthony & The Johnsons. Hij is pionier in het combineren van live video’s en performance en werkte voor film, theater, tv en toonaangevende musea zoals Whitney New York. Als een volleerde beeld-dj mixte Charles Atlas live voor ons beelden door elkaar. Mooi hoe hij een aantal beelden subtiel liet terugkomen in een andere context. Zo toonde hij verschillende keren een vrouw met ogen die opengesperd waren van angst, een emotie die diep in ons doordrong.

Beeld en klank vulden elkaar op een aantal momenten naadloos aan. Wanneer twee topartiesten de handen in elkaar slaan, bestaat echter het gevaar dat ze naast elkaar performen. Elk nam plaats aan een andere kant van de zaal, en hoewel hun interactie geslaagd was, konden we die afstand tussen beiden toch soms voelen.

We vonden het spijtig dat het optreden slechts een uur duurde, al vinden we het een prestatie om een uur beeldmateriaal bijeen te sprokkelen. Bovendien waren zowel de beelden als de muziek zwaar, dus hadden Fennesz en Charles Atlas de duur van hun performance eigenlijk goed ingeschat.

Een mooi spektakel van twee topartiesten!

Homepage Fennesz - Last.fm - MySpace

Homepage Charles Atlas

2 december 2007

QuiOui. 1/12. Het Entrepot

>QuiOui is ontstaan als een electronicaproject van Wim Slabbinck een tijdje terug. Na het rondselen van enkele muzikanten wordt deze laptopelektronika en sampling live gecombineerd met xylofoon, rhodes, saxofoon, gitaren, percussie. Resultaat: gevoelige, harmonieuze en melancholische elektronica die live een meesterlijk geheel vormt.

Deze band behaalde onder andere een derde plaats in de 'LABO de LUX' wedstrijd van Luc Janssen op Canvas. Hierdoor misten ze op een haar na een plaats op pukkelpop. Eerder dit jaar speelden ze samen met Coldcut in het depot in Leuven.

Wij kregen gisteren de kans om hen aan het werk te zien in de finale van Westtalent in het entrepot in Brugge. Niettegenstaande het feit dat ze met een 2e plaats (en 750€) naar huis gingen waren ze voor ons de meest interessante ontdekking van de avond.
Voor alle liefhebbers van bands als Trentemöller, Koop, Nathan Fake, Bonobo, Amon tobin etc. is dit ongetwijfeld een noodzakelijke verruiming van hun muzikaal arsenaal.

Momenteel nog niet hier, maar enkel te beluisteren via hun Myspace en via Last.fm.

27 november 2007

iLIKETRAiNS + Cecilia::eyes (26/11 Rotonde)

Het leek eeuwen geleden dat we nog in de Rotonde in Brussel geweest waren, maar maandag was het een goeie gelegenheid om ons nog eens richting het magische halfrond te verplaatsen.

We houden van stipte organisaties, en dit had cecilia::eyes blijkbaar vernomen want toen we arriveerden waren ze al goed op dreef. Deze band dompelde ons meteen onder in typische post-rock, die af en toe wat monotoon dreigde te worden. Gelukkig zorgde de drummer voor het compenserende effect door middel van originele ritmes en overgangen. Invloeden als 65daysofstatic leken hierdoor niet veraf.

Homepage - Last.fm - MySpace
iLIKETRAiNS is duidelijk een band die diepgang in hun performance willen brengen. Dit deden ze onder andere door hun thema te visualiseren met een live bestuurde videoprojectie. Ze namen ons mee naar donkere werelden van oorlog, rampscenario's en dergelijke meer. De sfeer die ze onder de koepel van de rotonde creëerden was hiervoor dan ook de perfecte lokatie.
We genoten van de uitgekiende don caballero-achtige opbouw en de diepe stem van de zanger die ons bij momenten aan Interpol deed denken. Het was een zeer intens concert waarbij ze zo hard tekeer gingen dat een van ons er zelfs een bloedneus aan over hield. De trompet was een opmerkelijke en geslaagde toevoeging aan het post-rockgeheel, maar bleef misschien nog iets te veel op de achtergrond. Volgens ons zou een occasionele free-jazz improvisatie van de trompettist - zoals The Cinematic Orchestra vaak in hun muziek toepast - een mooie toevoeging zijn.

Een fijn concert, in een prachtige zaal, van een band die haar live-reputatie alle eer aan deed.

Homepage - Last.fm - MySpace

23 november 2007

ANDREW BIRD + My Little Cheap Dictaphone

Persoonlijk vinden we Andrew Bird één van de betere singer-songwriters van de laatste twee decennia. Donderdag kwam hij dit nog eens onderstrepen in het Stuk in Leuven.

Het voorprogramma werd verzorgd door My Little Cheap Dictaphone, een band uit Luik. Hun optreden was degelijk, maar we kregen het gevoel dat er meer in deze groep zit. Reeds in het eerste nummer viel de goede stem van Redboy - zanger van de band - op. Hij mag van ons echter gerust meer van zijn stembereik gebruiken. De drummer speelde in kostuum en dat is ook hoe hij klonk: deftig maar nogal stijf.
Met momenten deden ze ons denken aan The Coral. De baslijn uit het tweede nummer leek weggewandeld hun muziek. Ook de stem leek dikwijls op die van de zanger van The Coral. Pech voor My Little Cheap Dictaphone, hun mengelmoes van stijlen is hierdoor niet vernieuwend.

Zowel hun uitbarstingen als de rustigere delen deden ons enkele keren smelten. Het viertal speelde dus met momenten schitterende muziek, maar de integratie van de verschillende delen van hun nummers was dikwijls slordig. Vandaar: een uitstapje in de post-rock zou hun songs beter maken. Een meer continue opbouw zoals in het laatste nummer kwam hun muziek immers ten goede.

Homepage - MySpace

Het is een belevenis om te zien hoe Andrew Bird vliegensvlug van één instrument overschakelt naar een ander. Daar moeten maagzweren van komen. We waren dan ook niet verwonderd dat hij last had van koorts - aan het einde van een lastige tournee. Daardoor werd het misschien niet zijn beste show, maar zelfs dan bleef zijn performance schitterend. Andrew Bird is een artiest - veel meer dan alleen een muzikant.

Alleen op het podium, bouwde Andrew Bird zijn nummers telkens op dezelfde manier op. Zijn vioolgetokkel stak hij in een loop, om hierop terug te tokkelen en een nieuwe loop te installeren. Hierboven streek hij op zijn viool. Neem hierbij de gitaar, de xylofoon en zijn gefluit (dat hij zo goed beheerst dat het een instrument op zich wordt!) en je krijgt een heuse één-mansband. Zelfs ziek stond zijn stem als een huis.
Door telkens diezelfde opbouw te hanteren dreigde hij naar het einde toe echter wat in herhaling te vallen. Maar tijdens de bisnummers had hij ons terug volledig mee.

Onze favoriete nummers - zoals Sovay en A Nervous Tic Motion of the Head to the left - passeerden de revue. Daarnaast bracht hij onder andere Measuring Cups en Master Fade.

Het is duidelijk merkbaar dat viool het instrument is dat hem nauwst aan het hart ligt. Hij speelt behoorlijk gitaar, maar daar kan hij nog progressie maken.

Als My Litte Cheap Dictaphone ons één enkele keer deed smelten, maakte Andrew Bird ons zo warm dat we in de lucht stegen.
Wat plastisch uitgedrukt misschien, maar zoals de heer Bird het zegt: "Although the words we speak are banal, not one of them is a lie."

Homepage - Last.fm - MySpace

17 november 2007

Brad Mehldau Trio, 15/11, AB

Als we u vertellen dat we reeds 8 maanden onze tickets op een speciaal plaatsje bewaarden, weet u met welke verwachtingen we donderdag naar het concert van Brad Mehldau Trio vertrokken.

We zagen een sterk concert. Zoals gewoonlijk werd het een mengelmoes van eigen nummers en covers. Eigen nummers zo vers dat ze nog ongetiteld waren. Daarnaast kwam ook Thelenious Monk even langs en speelden ze onder andere een Braziliaans sambanummer. Brad Mehldau had onlangs Sufjan Stevens ontdekt en speelde diens ‚Holland’. Geen ode aan onze noorderburen, maar een plaats in Michigan.
Ze speelden een goed gebalanceerde set, al vonden we het spijtig dat we op onze honger bleven zitten omdat geen van onze favoriete covers (Paranoid Android, Exit music for a film) de revue passeerden.

Weinig pianisten doen het Brad Mehldau voor: zowel een sterke rechter- als linkerhand en dan nog eens een schitterende coördinatie. Hierin onderscheidt hij zich van pakweg een – zeer goede – Jef Neve. Mooi hoe hij opnieuw een ‚pop’nummer zoals ‚Holland’ omtovert in een heuse jazz-standard.
Midden in het concert nam Brad Mehldau het woord en hij begon zowaar in het Nederlands. Zijn vrouw is immers een Nederlandse zangeres en hij spreekt al een aardig mondje mee. De avond kon niet stuk voor hem, want na het concert vertrok hij in allerijl richting een Amsterdamse kraamkliniek.


De bassist, Larry Grenadier, speelde geweldig goede en inventieve baslijnen. Hij bestreek het volledige toonoppervlak en deed dit zonder ook maar enige fout. Op sommige momenten nam hij de melodie van Brad Mehldau over, terwijl deze de baslijnen overnam. In ‘Holland’ viel op hoe subtiel de bassist de melodie van het nummer van Sufjan Stevens in de bas verwerkte.

Jeff Ballard, de drummer, speelde eveneens goed, maar was misschien de minste van de drie. Hij is geen Teun Verbruggen. Zijn solo was goed, maar niet overweldigend. Daarnaast horen we liever metalen borstels dan zijn plastieken borstels. Wel mooi hoe hij dikwijls soepel met de achterkant van zijn drumstok speelde.
Dit trio is duidelijk goed op elkaar ingespeeld. Het was indrukwekkend hoe naadloos de instrumenten er bij kwamen na de drumsolo.

Een sterk concert van een schitterend trio, waar voor ons part enkel een klein toetje ontbrak.

Homepage - Last.fm - MySpace

7 november 2007

Wolf Eyes


Zelf zijn we niet echt thuis binnen het noise-genre, maar we lieten ons verleiden door een enthousiaste Joachim. Het verslag is dan ook van zijn hand.

Zaterdag 3/11 stond al lang omcirkeld in de agenda en zoals het hoort (want volgens de website ging het concert overrompeld worden door hevige fans) zijn we een maand vooraf een ticket gaan kopen. Beweren dat we er nogal naar uitkijken is een understatement waarmee je je oma nieuw leven kan inblazen.


Voor Bear Bones, Lay Low konden we nog snel, snel een Westmalle naar binnen kappen om ons dan naar binnen te haasten. Misschien hadden we toch beter wat trager gedronken want niet alleen voelden we het in onze magen (de drank, niet de muziek) maar ook was Bear Bones, Lay Low nogal een diesel. Blijkbaar wou hij (het is een één-mansgroep) niet afkruipen van het adagium “begin traag en trek dan naar het einde toe alle registers open” waardoor het na twee minuten al geeuwen met de pet op was.
Hij begon met een laagje noise te leggen (bestaande uit twee tonen die constant in elkaar overgingen) met daarboven wat musique concrete geluidjes erboven op, zoals schreeuwen in de micro en fluitjes. Redelijk slaapverwekkend en niet echt verrassend nieuw. Zijn noisetonen waren te hoog om interessant te zijn en verre van wereldschokkend.

Na een kleine tien minuten begon hij het “slicer”-effect toe te passen op zijn hele outcome. Je kunt je dit het best voorstellen als de muziek die in stukken gekapt wordt. Op zich een leuk effectje maar zeker niet te lang doen en niet toepassen op je hele outcome, wat die jongen (hij is nog maar 19) dus wel deed. Bovenop die gekapte muziekstroom speelde hij dan met zijn gitaar.
En dat was het eerste echt interessante dat we hoorden. We misten ervoor immers bas en hij speelde eindelijk wat zware noten. Na een paar minuten ging het echter opnieuw de hoogte in. Haal de noise weg en je kreeg een gitaarrif voor een poprock nummer.
Na een kleine twintig minuten stopte hij en vroeg hij aan het publiek: “how much time do I have?”
“20 minutes” was het antwoord waarop de artiest reageerde: “my equipment is fucked up. It doesn’t work.” Jammer dat wij daar ook moesten voor afzien.

Na een korte pauze was Hellvete aan de beurt. Live hielp Bear Bones, Lay Low hem (Hellvete is ook een 1-mans groep) door te drummen terwijl Hellvete zelf electronica, gitaar en vocals deed. Dit vonden we beter dan het andere voorprogramma.
Een constante, sturende drum en daarboven de noisetronics van Hellvete en zijn gejel/geschreeuw waren op zich niet echt verbazingwekkend maar het werd interessant toen de gitaar erbij kwam. Hier bloeide de muziek mooi uit. Hellvete heeft potentiëel maar ze moeten nog een lange weg afleggen. Ook dit voorprogramma duurde maar 20 minuten en echt rouwig waren we daar niet om.


En dan kwamen de meesters zelve: Wolf Eyes!
Wat opviel was dat Wolf Eyes blijkbaar altijd in dezelfde opstelling staat: Mike connelly rechts met gitaar en wat electronica, John Olson links met electronica, sax en “boomstam”. Geen idee welk instrument het was maar het leek op een boomstam met één snaar op die verbonden was met een versterker. Tussen die twee in staat Nathan Young lekker te schreeuwen in twee microfoons tegelijk.

Ze begonnen met een onbekend nummer waarin ze onmiddellijk lieten horen hoe veelzijdig ze zij binnen de noise-scene. Hierbij werden in het publiek de mannen van de muizen gescheiden. Daarna over naar hun laatste cd met “The Driller”. Hier hoorden we voor het eerst wat er uit “de boomstam” kwam: een lekker hard, vibrerend harshgeluid. Dan vond Wolf Eyes het tijd om een nieuw nummer voor te stellen: “Outbreak”. We kunnen alle fans geruststellen: het is loeihard en heeft nog meer powerbeats/minuut dan op de vorige platen. Qua intensiteit vergelijkbaar met “The Driller” en “Black Vomit”, als dit op hun nieuwe plaat komt, ziet het er veelbelovend uit.

Wolf Eyes kan ook ambient produceren wat ze zaterdag ook bewezen hebben. Denk hierbij niet aan klassieke ambient maar aan noisesongs met de structuur van ambient. Natuurlijk kunnen ze het dreigende van ambient veel beter accentueren met hun eigen noisegeluiden. Al is “accentueren” misschien nog niet sterk genoeg uitgedrukt. Tuurlijk evolueerde dit nummer naar een lang, hard noisestuk met op het einde nog een sax die er zeer goed inpaste.
Daarna was het tijd voor het afscheidsnummer: Nathan young kondigde het aan als “this is our last number but it’s a fucking long number.” Vooraf hadden we gehoord dat het concert zou duren tot 23u en aangezien het 22u30 was, keken we wel uit naar hun afscheidsnummer. Meestal begint een groep dan traag om tegen het einde alles uit de kast te halen maar Wolf Eyes ging er al vanaf de eerste noot tegenaan met het volle, beukende geweld (remember the powerbeats). We waren vol verwachting over hoe ze dit nummer een half uur lang zo’n intensiteit zouden meegeven maar O ZO JAMMER werd Nathan Young na zeven minuten schor. Een onverwacht einde van een briljant concert.

Homepage - Last.fm - MySpace

3 november 2007

APSE + Hawaï


Met Hawai kregen we één van de vele getalenteerde Kortrijkse bands op het podium. Eerlijk gezegd kennen we hun muziek niet echt goed, dus lieten we hun geluid zonder bepaalde verwachtingen over ons komen.
Ze begonnen vrij stevig, als kort introductienummer kon dit best tellen. Wat zich voor ons ontspon, was een zoektocht naar een balans tussen rustigere elektronica en gitaarerupties. We hoorden heel wat goede ideeën en kwaliteit in hun muziek. De afwerking was ons echter iets te ruw. Zo waren de saxofoonsolo’s op zich goed, maar kregen ze geen juist muzikaal kader om op te steunen. De drummer wisselde frisse vondsten af met vreemde invalbeurten. Voor ons mocht de toetsenist ook iets prominenter aanwezig zijn.

Homepage Last.fmMySpace

De site van de Kreun had ons reeds gewaarschuwd – en inderdaad, Apse klinkt live heel wat harder dan de post-rock die ze op hun cd brengen. Hoewel ze hun typische klank blijven behouden, was hun muziek van staal.

Al dat geweld kon ons best wel bekoren. De zang zorgde voor de nodige melodie, zodat we ons niet verloren zoals bij Hawai. Naast de drummer, klopte ook de zanger er – lichtjes spastisch – op los. De haast tribale drum kon ons zeker bezweren. Hun groepsnaam verwijst immers naar de achterste nis van een kathedraal. Ze namen ons live bij de hand en duwden ons in dat kleine hoekje.

Een goed concert, maar toch werd hun muziek op het einde net iets te weinig afwisselend. Misschien misten we soms wat de Apse die we kennen van Spirit, hun schitterende langspeelplaat…

Homepage - Last.fm - MySpace

2 november 2007

Dez Mona - Balzaal Vooruit 31/10

Het is bijna altijd (>90%) leuk om open te staan voor nieuwe initiatieven. Het meepikken van concerten van ongekende artiesten incluis. Met een idee van 'experimentele jazz' vertrokken we naar de Vooruit in Gent.
Dez Mona is veel meer dan een genre of categorie, wat we zagen was een sublieme mix van theatrale en melancholische taferelen. Laten we het voor de eenduidigheid toch maar categoriseren onder de noemer 'muziek'. Het is ontstaan als een project van contrabassist Nicoals Rombouts en zanger Gregory Frateur enkele jaren geleden. G. Frateur is onder meer bekend van Daan, waarbij hij gedurende enkele jaren backing vocals verzorgde. Andere bandleden zijn een drummer, een accordeonist en een toetsenist.
Ze creëerden een zeer unieke en duistere sfeer die verwijst naar de negro spirituals en de gospel van het geïmporteerde afro-slavenvolk in Noord-Amerika. Chaos, angst en woede werden vertaald in de androgyne en kille, maar kwalitatief zeer hoogstaande, stem van G. Frateur. Dit werd gedialogiseerd door het daverende en dominante basspel van N. Rombouts.
Daarnaast was er ook nog plaats voor een accordeon en piano/synth waardoor een jazz-en funkluik geopend werd. Stel u hierbij nog eens een meeslepende drum bij met meesterlijke solo's en we komen tot een geheel van een band die dringend uit zijn stille duisternis mag komen.
Dit is duidelijk iets wat elke liefhebber van het betere werk uit het lichtere genre moet beluisterd hebben.

30 oktober 2007

Patrick Watson + Cold War Kids 29/10/07

Patrick Watson-The great escape

De dag van gisteren had een avond om niet snel te vergeten. We hadden al eens opgevangen dat het voorprogramma (P. Watson) waarschijnlijk beter ging zijn dan de band waarvoor we eigenlijk kwamen en, zoals u verder zult lezen, konden wij dit alleen maar bevestigen.
De stem van Mr. Watson vonden we uitzonderlijk sterk, het had iets weg van Chris Martin, maar dan nóg beter. Het deed ons zelfs denken aan Devendra Branhart, zeker als je zijn prettige gestoordheid erbij neemt. Op het einde zong Patrick zelf een nummer a capella en zonder micro, doch heel de zaal kon gevuld worden door zijn fenomenale stem.
De band bracht ook veel originele en speciale elementen samen. Voor hangestuurde elektronica zijn wij altijd wel te vinden. Ze maakten veel gebruik van live-opnames (oa. van het publiek) die ze dan direct als samples gebruikten.
De drummer was een waarvoor we enkel bewondering kunnen hebben. Zeer eenvoudige maar uiterst originele ritmes, duidelijk geen typische conservatoriumstudent die alles letterlijk volgend het boekje speelt. Deed ons af en toe denken aan de drummer van the Raconteurs.

Opmerkelijk was dat de band occasioneel psychedelische noise-uitbarstingen vertoonde waarbij onze vriend Watson zelfs zijn piano aan diggelen sloeg.

____________________________________________________________________

Om een band als die van Patrick Watson als voorprogramma te nemen, moet je toch al vrij zeker zijn van je stuk. Helaas waren de Cold war kids iets té zeker naar onze bescheiden mening. Zo zeker zelfs dat we een paar nummers voor het einde de zaal verlaten hebben, hoewel dit grotendeels te wijten was aan de erbarmelijke soundkwaliteit. De zanger heet van nature uit al een vrij hoge en nogal schelle stem, maar blijkbaar volstond dit niet voor hun PA en moest dit nog wat extra geaccentueerd.
In feite kunnen we hier niet spreken van een slecht optreden, de nummers die we wilden horen hebben ze vrij goed gebracht. Maar er was gewoon iets dat ontbrak, de feeling die we ervaarden bij Patrick Watson was hier duidelijk ver te zoeken. Deze band wordt vaak vergeleken met The Arcade Fire of Bloc Party, desalniettemin wensen wij ons hier enigszins van te distantiëren. Misschien dat ze binnen een paar jaar wel over de nodige maturiteit zullen beschikken zodat ze live even goed kunnen klinken als op hun platen.

-Cold war kids-Hang me up to dry-

29 oktober 2007

STUKcafé


Het wou er maar niet van komen, maar gisteren brachten we eindelijk toch een bezoekje aan het STUKcafé in Leuven. Op zondagavond wordt dat immers omgetoverd in een heus jazzcafé.

Een geslaagd concept en dat was te merken aan de opkomst. Volgende keer gaan we toch wat vroeger. De sfeer was er, de band speelde goed, maar het was ons iets te druk om echt van de muziek te genieten. Alle zitplaatsen waren bezet en we vonden enkel achteraan nog plaats om recht te staan. Ons volgend bezoek vindt u ons op de eerste rij terug.

27 oktober 2007

The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble


Hun eerste plaat is reeds ruim een jaar uit, maar we hoorden slechts onlangs van The Kilimanjaro Darkjazz Ensemble. Het was hun knotsgekke naam waarmee de band onze aandacht trok. Dank u Last.fm, we werden niet teleurgesteld!

De groep brengt atmosferische donkere jazz die haar naam alle eer aan doet. Daarnaast sijpelen eveneens andere elementen door zoals ambient en post-rock. Ondanks alle rust steekt dit album boordevol ideeën. Het duurt even om hier door te komen, maar het loont meer dan de moeite.

Jason Kohnen en Gideon Kiers startten in 2000. Ze schreven in hun beginjaren soundtracks bij bestaande stille films. Ook nu nog lijken hun nummers geschreven voor films, alleen is de muziek zo krachtig dat de beelden vanzelf bij ons worden opgeroepen.
Later werden ze vervoegd door tromboniste Hilary Jeffrey, zangeres Charlotte Cegarra, celliste Nina Hitz en Eelco Bosman op gitaar. Jason Kohnen is eveneens bekend als Bong-Ra.

De groep slaagt er in de sfeer op te roepen die de titels van de nummers suggereren. De sax in ‘Rivers of Congo’ lijkt sprekend op het geluid van een olifant. We wanen ons aan een junglerivier. De bas, de blazers, de pulserende ritmes en de lichte chaos zorgen ervoor dat we ons niet al te veilig voelen. We willen ons zo snel mogelijk uit te voeten maken. Ook ‘Solomons Curse’ is zeer donker, zo donker dat we ons in gedachten onwillekeurig naar Morder verplaatsen.

Wij raken maar twee nummers aan, hun muziek spreekt namelijk voor zich. De rest is aan u om te ontdekken…

Homepage - Last.fm - MySpace

16 oktober 2007

Tip: DeVotchKa


Ons lievelingskwartet stuurt reeds tien lentes haar klanken de wereld in. Hoog tijd om hen van onder het stof der onbekendheid te halen.

Zelf raakten we twee jaar geleden onder de indruk van hun show in het voorprogramma van The Dresden Dolls. Op één moment brachten ze ons oog in oog met de vijand in een film van Ennio Morricone, even later plots op een feest middenin de Balkan. Net zoals in een droom ontstond plots logica tussen deze losse verbanden: DeVotchKa brengt verschillende werelddelen naadloos bij elkaar.
De makers van de prent Little Miss Sunshine raakten net als ons betoverd tijdens één van hun concerten. Ze bombardeerden de muziek van de band prompt tot hun volgende soundtrack. Liefhebbers van een luchtige film krijgen hier gratis een turbo-overzicht van DeVotchKa’s oeuvre boven op. Spijtig genoeg werd de muziek wat slordig ingepast.

Homepage - MySpace - Last.fm

Fans zullen mogelijk eveneens in zwijm vallen voor Andrew Bird en zijn project Andrew Bird’s Bowl of Fire. Deze man weet naast zijn viool ook ons te bespelen. En net als DeVotchKa brengt Beirut een nieuwe dimensie binnen de Balkan muziek. Eén man steekt achter dit project. Nachten volksmuziek met de plaatselijke bevolking weerspiegelt hij op zijn eentje in een geheel dat als een heus orkest klinkt…

15 oktober 2007

Jef Neve Trio


Enkele maanden geleden was Jef Neve voor mij niet veel meer dan het homofiele brain achter de hitjes van Get Ready. Toen echter kwam bovenbuur Rein (co-blogeigenaar) mij het album "Nobody is illegal" van het Jef Neve Trio voorstellen. Na grondig kennis genomen te hebben van dit werk begaf ik mij gisteren in de richting van de AB om er met enkele vrienden hun concert te aanschouwen.

Het optreden was echt een fantastische ervaring, ik had nooit gedacht dat een jazz-optreden live voor zoveel dynamiek kon zorgen. Ongelofelijk hoeveel dramatiek Jef Neve in zijn pianospel kan brengen. Hij kroop letterlijk en figuurlijk in zijn Steinway. Het zou zonde zijn om het drumwerk van Teun Verbruggen niet te vermelden. Nog nooit heb ik een drummer met zoveel souplesse zo'n ingewikkelde maar brilliante ritmes horen spelen. Contrabassist Piet Verbist verdient zeker ook een equivalente hoeveelheid lof. Niettegenstaande hij toch eerder op de achtergrond bleef, liet hij zichzelf af en toe opmerken door subtiele doch sublieme solo's te hanteren.
Rein heeft zeer veel spijt dat hij er niet bij was en heeft bij deze beloofd om volgende keer zeker van de partij te zijn.

Homepage - MySpace - Last.fm

13 oktober 2007

Broken Social Scene Presents Kevin Drew


Dinsdag vertrokken we met torenhoge verwachtingen naar The Cinematic Orchestra, maar donderdag wisten we niet wat we op ons bord zouden krijgen. Broken Social Scene kent dezer dagen immers een ongewone opstelling. Net als Buena Vista Social Club, stelt de band nummers centraal die geschreven zijn door de groepsleden. Kevin Drew, centraal genie van de band, mag de spits afbijten.

Een zekere ‘Gentleman Reg mocht helaas het voorprogramma verzorgen. De licht nichterige stem van Anthony & The Johnsons kunnen we ongelooflijk smaken, maar deze mens was ons te veel van het goede. Toen hij ons de gay art-house pornofilm Shortbus als tip meegaf wisten we het zeker.
Op zich had hij een goede stem en stak er potentieel in zijn nummers, maar hij verknoeide het met verve. Bovendien speelde hij amper live: de meeste muziek was immers vooraf ingespeeld.

Officiële site
- MySpace

Na Gentleman Reg volgde de soundcheck. We vonden dit een vreemde timing en eerlijk gezegd kwam het wat onprofessioneel over. Maar het moet gezegd, de klank was in orde!

Dan was het eindelijk de beurt aan Kevin Drew en zijn confraters om ons te overtuigen. Hij opende wat studentikoos met een ‘banana song’ die de zaal moest meezingen, maar reeds van het eerstvolgende nummer stonden we met open mond te kijken.
Kevin Drew is de geniale wirwar die we van hem gewoon zijn niet verloren. De drummer trok een strak tempo dat ons deed denken aan Bloc Party, waardoor we ons zeker niet verloren in die verwarring. We hoorden post-rock, waarop naadloos heel wat andere stijlen werden geënt. De muzikanten riepen onder andere de herinnering aan klassieke rock in ons op. Door de unieke combinatie van instrumenten en de verassende timing klonk hun muziek bij momenten ook psychedelisch.
Kevin Drew heeft een prachtige stem die ons een aantal keer aan Bono van U2 deed denken. We hebben het niet zo voor die laatste mens, maar Kevin Drew zong zo goed dat we er voor even in slaagden de wereldvrede met Bono te bewaren.
Een geslaagd concert van een zeer volwassen band.

Officiële site - MySpace

10 oktober 2007

The Cinematic Orchestra


Dinsdag streken we rond 19u15 in de AB toe voor het optreden van The Cinematic Orchestra. Ruim een uur voor de opening van de show, maar we hadden onze plaatsen dan ook reeds drie maanden laten warm houden.

Vanaf de eerste noten waren we in de ban van hun diepgaande klanken en unieke geluiden. De sfeer was zeer intens, onze snaren stonden zo strak gespannen dat ze bijna knapten. Reeds bij het eerste nummer sprong de individuele kwaliteit van deze zes muzikanten in het oog. T. Daniel Howard, de drummer, is volgens ons een van de besten in zijn genre. Niet alleen hanteert hij een erg soepele en uitzonderlijke techniek, zijn 5/8e ritmes en magnifieke triooltjes staan vanaf nu onuitwisbaar in ons geheugen gegrifd. Hij was duidelijk het kloppend hart van dit optreden.
The man with the hat, Tom Chant, bewees zijn virtuositeit op tenor-en sopraansax. Hij wist een ingetogen spanning te creëren om dan uit te barsten in de hoogte. Ook de pianist (annex man achter de dwarsfluit) steeg boven het natuurlijke uit: hij bracht heerlijke jazzgrooves op zijn Clavia Nord, om vervolgens een solo uit zijn vingers te toveren die hij inventief met een sopraanachtige beweging eindigde.
Elke muzikant mocht zijn talent etaleren en even later opende de gitarist op magistrale wijze het nummer. Hij gebruikte speciale effecten waarbij hij zijn eigen klanken in een loop stak. De contrabassist bracht ons in vervoering met zijn meeslepende baslijnen. Als we onze superlatieven kunnen boven halen doen we dat met plezier! We werden gek van ‘Child Song’ en ‘Man With The Movie Camera’.

Occasioneel kwam een volslanke zwarte souldiva het podium versieren. Haar gezang mocht voor ons nochtans achterwege blijven. Ze bezorgde ons een koude douche bij het tweede nummer van de avond, maar groeide doorheen het concert. Tijdens de bisnummers ‘As The Stars Fall’ en ‘Evolution’ zong ze adembenemend.

Het is moeilijk om deze band te omschrijven, maar de baslijnen hebben telkens duidelijk hun wortels in de jazz. Jazz bestoven met funk- en electronica-invloeden.

We konden de liefde die deze artiesten in hun muziek leggen bijzonder smaken. Dit toonden ze prachtig toen ze voor een tweede bisronde terugkwamen. Het publiek droeg deze mannen meer dan terecht op handen.

Officiële site - MySpace

Luister: Child Song - Channel One Suite

30 september 2007

Happy New Ears: Audiostore & Eavesdropper + Artificiel


Afgelopen twee weken was Kortrijk gastheer voor Happy New Ears, een festival voor nieuwe muziek. Dit jaar stond de relatie tussen beeld en geluid centraal. Johann Johannsson kruiste ons pad helaas niet, maar zaterdag blonken twee pareltjes van experimentele creativiteit onder onze ogen.

Audiostore & Eavesdropper brachten hun Time Code Matter in première. Gewapend met drie laptops stuurden deze kunstenaars ons in een cirkel van twaalf stalen platen. Achter de platen was een motortje bevestigd, dat het metaal synchroon met het geluid deed trillen. Of brachten deze platen zelf de klanken voort? We zijn er nog altijd niet uit... Lichten gaven aan uit welke richting de muziek kwam.

Dit gaf samen een prachtig surround effect en riep talloze beelden bij ons op. We gaapten met onze neuzen tegen het raam geplakt naar het dreigende onweer in de verte. Daarna stuurde een helse treinrit talloze klanken in onze richting, om over te gaan in de holle galm van een ondergrondse parking waar werkmannen het geluid van stalen platen voortsleepten. Rechts van ons werd een meisje door de muziek in trance gewiegd. Naast haar rustte een man zijn hoofd tegen één van de platen, tot hij opgeschrikt werd door een plotse trilling.

Hoewel de cirkel vol mensen stond, schonk elke positie haar eigen intieme ervaring. De kijker/luisteraar kan deze voorstelling vijf keer meemaken, en telkens zullen andere voelsprieten geraakt worden.

Myspace - bio Christoph De Boeck en agenda

Door Cubing van Artificiel werden we zo mogelijk nog meer kinesthetisch geprikkeld. Dit Canadese duo bouwt hun show rond de Rubik Cube, onze favoriete kubus uit de jaren tachtig. Hun show bewijst dat dit speeltje ook twintig jaar later nog vernieuwend kan zijn.

Beide artiesten spelen met een kubus en via algoritmes wordt dit omgezet in geluid. Een camera registreert hun bewegingen en projecteert deze op groot scherm. Op deze manier kan de toeschouwer eveneens zien op welke basis de klanken voortgebracht worden: zowel de kleurverhoudingen als de vorm worden ontleedt door de laptop en dit proces komt grafisch in beeld.

Hier kan slechts een beperkt scala aan klank uit voortkomen, dachten we op het eerste gezicht. En inderdaad, de show opende intrigerend maar na een kwartier was het nieuwe er af en snakten we naar een ander geluid. Het duo had dit duidelijk begrepen en zette een nieuwe cyclus in gang. De muziek werd indrukwekkend vooruitgestuwd, het tweede kwartier was buitengewoon. Hun geluid wordt gesampeld en daarop laten de artiesten effectpedalen los. Hierover spelen ze opnieuw en zo krijg je verschillende lagen in de muziek. Deze lagen kregen we als toeschouwer eveneens op het witte doek in beeld. Het laatste kwartier was spielerei en boeide ons minder, maar alles samen een schitterende show!

Homepage - Cubing

23 september 2007

Live-verslag: APPARAT + Köhn

Samen met Brun0 – notoir fan, dompelden we ons zaterdag onder in het bad van Apparat en zijn band. Menig kippenvel later kwamen we buiten. Jazeker, er hing elektriciteit in de lucht, maar het was vooral de verfrissende wind die ze binnen de postrock deed waaien die onze haren richting hemel kregen.

Köhn kwam als eerste aan de beurt. Een redelijke show, al was zijn act wisselvallig, zelfs binnen één nummer. Misschien komt het doordat we wat ziek naar de Kreun waren afgezakt, maar we vonden dat Köhn nogal nonchalant begon – en dan hebben we het niet over zijn magere openingszin. Zo klonk zijn gitaarspel wat te scherp in het plaatje van het eerste nummer. Ondanks de korte set konden we hem toch horen groeien doorheen zijn show. Zijn talent kwam meer en meer bovendrijven. De elektronica die hij bracht was sterk en mocht voor ons meer uitgesproken zijn. Graag tot een volgende keer, maar we laten hem eerst nog een jaartje rijpen.


Apparat opende verrassend genoeg met typische postrock. Mooi gebracht door een band die op elkaar afgestemd was alsof ze reeds jaren samen spelen. Een funky nummer zorgde voor een verfrissende afwisseling. De muziek danste door de lichamen in de zaal op een neer. Het concept van postrock kennen we ondertussen echter al, dus mocht de herkenbaarheid voor ons na enkele nummers plaats ruimen voor iets nieuws. En inderdaad, de elektronische achtergrond van Apparat kwam meer en meer boven drijven. Hoog van kwaliteit en dat gaf de muziek een extra dimensie. Zo hebben we het graag! Ook de stevige drumpartijen droegen ons steeds hoger. Minpuntje: je hoort dat Apparat geen zanger is. Hij slaagt er wel in ons met zijn gewone stem te bezweren, maar zijn kopstem gaat wat de mist in. Maar we laten het ons niet aan ons hart komen, deze show was pure klasse!

Apparat site - Apparat Myspace

23 augustus 2007

Deze Blog zal actief worden vanaf begin oktober 2007.

Groeten,

Rein en Tom